14-02-2025

Publicatie effect waterpeilfluctuatie op 12 veenmossoorten tijdens de vestigingsfase

Gevolgen voor hoogveenherstel en paludicultuur

In het wetenschappelijk tijdschrift Restoration Ecology is een artikel verschenen over experimenteel onderzoek naar de effecten van verschillende waterniveaus op de ontwikkeling van twaalf veenmossoorten. Het onderzoek is uitgevoerd in Hankhauser Moor in Duitsland. 

De belangrijkste implicaties voor het beheer zijn (in het Engels): 

• Selecting Sphagnum species that establish rapidly and have high carbon accumulation rates for restoration or paludiculture can support climate goals and restore peatland functions.

 Lees verder
13-02-2025

Bosonderzoek Maasduinen

Op 12 februari 2025 werden, voor het bosonderzoek in de Maasduinen (Limburgs Landschap), wat inventariserende grondboringen verricht door collega's Daan van Pul en Maaike Weijters. Op basis hiervan is besloten wat meer in te zetten op wat meer (diepe) bodemlagen tot in het natte. Daan van Pul is daar erg blij mee want hij mag 300 boringen gaan zetten.

Bron: bericht van 12 februari 2025 op LinkedIn.

 Lees verder

Herstellen van basenrijke venen door het inbrengen van basen

Herstellen van basenrijke venen door het inbrengen van basen

De kwaliteit en omvang van een groot deel van de habitattypen H7140A Overgangs- en trilvenen (trilvenen) en H7140B Overgangs- en trilvenen (veenmosrietlanden) in laag-Nederland staan onder druk door verzuring, verdroging en/of eutrofiëring, zowel binnen de Natura 2000-gebieden als daarbuiten. Tegelijkertijd treedt nieuwe verlanding tot basenrijk trilveen, een proces dat enkele decennia duurt, momenteel nog nauwelijks op in de meeste Nederlandse laagveengebieden.

Rietproductie in de Weerribben-Wieden

Rietproductie in de Weerribben-Wieden

In en rondom Nationaal Park Weerribben-Wieden, een uitgestrekt laagveengebied met veel rietland en moeras, is rietsnijden ten behoeve van met name dakdekken al decennialang een belangrijke activiteit. Het heeft een belangrijke cultuurhistorische waarde en zorgt voor het in stand houden van het open karakter in het gebied. De afgelopen jaren zien veel rietsnijders echter de opbrengsten van hun rietlanden en/of de kwaliteit van hun riet achteruitgaan. Als deze trend doorzet heeft dit gevolgen voor het voortbestaan van het rietsnijden in deze regio en het beheer van rietlanden.

Rietonderzoek

LIFE Multi-Peat: Klimaateffect herstelmaatregelen Witte Veen

LIFE Multi-Peat: Klimaateffect herstelmaatregelen Witte Veen

Het Witte Veen is een gebied van Natuurmonumenten waar nog zo’n 30 ha. hoogveen aanwezig is. Hoewel hoogveen vroeger veel voorkwam in Nederland, zijn er nu nog slechts enkele locaties over. Veel van de overgebleven hoogveengebieden zijn daarnaast ook nog sterk verdroogd, waardoor typische hoogveensoorten zijn verdwenen en er geen of weinig actieve veenvorming meer optreedt. Als onderdeel van het internationale LIFE Multi-Peat project wordt het Witte Veen hersteld om het resterende hoogveen te behouden en nieuwe veenontwikkeling te stimuleren.

Witte Veen

Effecten van biodiversiteitsherstel petgaten op broeikasgasemissie in de Wieden

Effecten van biodiversiteitsherstel petgaten op broeikasgasemissie in de Wieden

Zoals op veel plekken in het Nederlandse veenlandschap, zijn de karakteristieke petgaten in het Nationaal Park Weerribben-Wieden ontstaan door turfwinning. Het gewonnen turf werd op naastgelegen legakkers te drogen gelegd. De petgaten groeiden weer dicht met vegetatie zoals krabbenscheer en riet, waardoor drijvende kraggen ontstonden en petgaten uiteindelijk compleet verlandden. Hierdoor ontstond een mozaïeklandschap van open water, kraggen en legakkers, wat een hoge biodiversiteit opleverde.

GEMCE

Nationaal Onderzoeksprogramma Broeikasgassen Veenweiden (NOBV)

Nationaal Onderzoeksprogramma Broeikasgassen Veenweiden (NOBV)

In het Klimaatakkoord is afgesproken om de jaarlijkse broeikasgasemissie uit het veenweidegebied met 1 Mt te verlagen vanaf 2030. Veenweiden worden gedraineerd om deze geschikt te maken voor agrarisch gebruik, waardoor het typische Nederlandse landschap van weilanden en slootjes is ontstaan. Door de drainage daalt de grondwaterstand, waardoor een deel van de veenbodem droog komt te liggen. Onder invloed van zuurstof uit de lucht, breekt dit veen vervolgens af, waardoor CO2 uitgestoten wordt en de bodem daalt.

29-01-2025

Het Jan Roelofs Stipendium 2025!

De carrière van Jan Roelofs is erg bijzonder. Hij doorliep de lagere tuinbouwschool, middelbare tuinbouwschool en het hogere laboratorium onderwijs waarna hij ging werken als analist op het ‘laboratorium voor Aquatische Oecologie’ van de toenmalige Katholieke Universiteit Nijmegen. Hier kreeg hij de kans om onderzoek te doen naar de relatie tussen het voorkomen van waterplanten en de kwaliteit van het Nederlandse oppervlaktewater. Zijn onderzoek leidde tot een aantal belangrijke en destijds opzienbarende ontdekkingen.

 Lees verder